Statuten

Naam en zetel

Artikel 1

 

  1. De vereniging is genaamd: RC Club Zoetermeer, hierna te noemen: de vereniging.
  2. De vereniging is gevestigd in de gemeente Zoetermeer.

 

Doel

Artikel 2

  1. De vereniging heeft ten doel het doen beoefenen en bevorderen van de RC sport in al haar verschijningsvormen en voorts het verrichten van al hetgeen daaruit voortvloeit, daartoe bevorderlijk kan zijn, dan wel daarmede verband houdt.
  2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door:
  3. haar leden te faciliteren in de RC sport door georganiseerde of goedgekeurde competities, wedstrijden en andere activiteiten op dit gebied, in welke verschijningsvorm dan ook.

 

Leden en lidmaatschap

Artikel 3

  1. De vereniging kent als leden:
  2. seniorleden;
  3. juniorleden;
  4. donateurs;

Slechts natuurlijke personen kunnen lid zijn van de vereniging.

  1. Seniorleden kunnen slechts zijn zij die vóór één januari van het lopende verenigingsjaar zestien jaar of ouder zijn en die als zodanig door het bestuur dan wel de algemene vergadering zijn toegelaten, dan wel zij die op grond van het bepaalde in de laatste volzin van het volgende lid seniorlid zijn geworden.

Seniorleden van de vereniging hebben toegang tot en stemrecht in de algemene vergadering.

  1. Juniorleden kunnen slechts zijn zij die vóór één januari van het lopende verenigingsjaar jonger zijn dan zestien jaar en die als zodanig door het bestuur dan wel de algemene vergadering zijn toegelaten.

Een juniorlid wordt seniorlid bij het begin van het nieuwe verenigingsjaar waarin het de daartoe krachtens het vorige lid vereiste leeftijd van zestien jaar bereikt, zonder verdere formaliteiten.

  1. Personen, die een functie binnen de vereniging uitoefenen of zullen uitoefenen, met uitzondering van hen, die uitsluitend door een financiële bijdrage de vereniging steunen of zullen steunen en van hen die met de RC sport generlei bemoeienis hebben of zullen hebben, dienen zich te (mede-)onderwerpen aan de statuten, reglementen en besluiten van de bond en zijn organen, waaronder met name is begrepen de tuchtrechtspraak; daartoe zal de vereniging alle nodige maatregelen nemen en alle vereiste regelingen treffen, waarbij zo nodig met iedere zodanige individuele persoon een daartoe strekkende overeenkomst zal worden aangegaan.
  2. Onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van lid 3, beslist het bestuur omtrent de toelating van leden. Minderjarige natuurlijke personen kunnen alleen als lid worden toegelaten indien zij een schriftelijke toestemming van hun wettelijke vertegenwoordiger overleggen aan het bestuur. Ingeval van niet-toelating door het bestuur kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.
  3. De toelatingsprocedure kan nader in het huishoudelijk reglement van de vereniging worden uitgewerkt, in welk reglement nadere vereisten aan de toelating tot het lidmaatschap van de vereniging kunnen worden gesteld.
  4. Het lidmaatschap is persoonlijk en kan niet worden overgedragen.
  5. Het bestuur houdt een ledenregister bij waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen. Ieder lid is verplicht zijn adres, alsmede wijzigingen daarin onverwijld schriftelijk of langs elektronische weg aan de vereniging op te geven. Met het oog op een snelle en eenvoudige bereikbaarheid van de leden, is het wenselijk als eveneens opgave wordt gedaan van andere communicatiemiddelen, zoals emailadres, telefoonnummer.

 

Verplichtingen van de leden

Artikel 4

  1. De leden van de vereniging zijn verplicht:
  2. de statuten en de reglementen van de vereniging, alsmede de besluiten van hun organen, na te leven;
  3. zich voor, tijdens en na de wedstrijd, trainingen, vrij rijden en bij aanwezigheid op de verenigingslocatie behoorlijk te gedragen;
  4. er voor te zorgen dat wedstrijden, trainingen en vrij rijden ordelijk verlopen en dat de voorschriften die, door of vanwege het bestuur en/of het bondsbestuur met betrekking tot de handhaving van de orde bij die wedstrijden mochten worden gegeven, stipt worden opgevolgd;
  5. er voor te zorgen dat de belangen of het aanzien van de RC sport en de vereniging door hun toedoen niet op ontoelaatbare wijze worden geschaad;
  6. zich tegenover elkander en derden en tegenover de vereniging te onthouden van onwettelijke handelingen;
  7. tot betaling van contributie, zulks met inachtneming van het daaromtrent in deze statuten en het huishoudelijk reglement bepaalde.
  8. Voor het overige kunnen door de vereniging slechts verplichtingen aan de leden worden opgelegd na voorafgaande toestemming van de algemene vergadering van de vereniging.

 

Straffen

Artikel 5

  1. In het algemeen is strafbaar elk handelen of nalaten in strijd met de wet, dan wel met de statuten, reglementen en/of besluiten van organen van de vereniging, of waardoor de belangen van de vereniging worden geschaad.
  2. Tevens is strafbaar elk handelen of nalaten in strijd met de statuten, reglementen –wedstrijdbepalingen daaronder begrepen, dan wel van de RC sport in het algemeen worden geschaad.
  3. Indien de algemene vergadering een tuchtreglement heeft vastgesteld, geschiedt de behandeling van overtredingen met inachtneming van het bepaalde in het tuchtreglement en geschiedt de beoordeling en bestraffing van overtredingen door de organen, die in het tuchtreglement daartoe zijn aangewezen.
  4. Daargelaten is het bestuur bevoegd om overtredingen te bestraffen, tenzij het Tuchtreglement een ander orgaan aanwijst.
  5. In geval van een overtreding als bedoeld in lid 1 kunnen de volgende straffen worden opgelegd:
  6. berisping;
  7. schorsing;
  8. ontzetting uit het lidmaatschap (royement) als bedoeld in artikel 6;
  9. uitsluiting van deelname aan wedstrijden en trainingen, hetzij voor een bepaalde duur, hetzij voor een in de straf bepaald aantal wedstrijden of trainingen;
  10. ontzegging van het recht om één of meer in de straf genoemde functies voor een in de straf genoemde termijn uit te oefenen;
  11. geldboete;
  12. volledig verbod op aanwezigheid/bezoek aan de baan locatie van de vereniging.
  13. Een opgelegde straf wordt schriftelijk aan het lid medegedeeld. In spoedeisende gevallen kan de straf mondeling aan het lid worden medegedeeld. Een opgelegde straf kan in de officiële mededelingen en/of ander voor ieder lid toegankelijk medium gepubliceerd worden.
  14. Een schorsing kan ten hoogste voor de duur van één jaar worden opgelegd. Gedurende de periode dat een lid is geschorst, heeft hij geen stemrecht, terwijl hem bovendien gedurende deze periode ook andere aan het lidmaatschap verbonden rechten kunnen worden ontzegd. Een schorsing ontheft het lid niet van de verplichting tot het betalen van contributie.

Einde lidmaatschap

Artikel 6

  1. Het lidmaatschap eindigt:
  2. door de dood van het lid;
  3. door opzegging door het lid;
  4. door opzegging door de vereniging;
  5. door ontzetting uit het lidmaatschap.
  6. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts schriftelijk of langs elektronische weg geschieden en tegen het einde van een boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste vier weken. Het lidmaatschap kan echter onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
  7. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.
  8. Een lid kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen een maand nadat hem een besluit is meegedeeld tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm, tot fusie of tot splitsing.
  9. Een lid is niet bevoegd zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang op te zeggen in het geval zijn geldelijke rechten en verplichtingen worden gewijzigd.
  10. De vereniging kan het lidmaatschap opzeggen wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. Opzegging door de vereniging geschiedt door het bestuur.
  11. Ontzetting uit het lidmaatschap (royement) kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in ernstige mate in strijd handelt met de statuten, reglementen en/of besluiten van de vereniging of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur, tenzij in een tuchtreglement anders is bepaald.
  12. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat een lid zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit van het bestuur tot ontzetting staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep op de algemene vergadering open. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst, met dien verstande dat het geschorste lid het recht heeft zich in de algemene vergadering, waarin het beroep wordt behandeld, te verweren.
  13. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft niettemin de jaarlijkse contributie voor het geheel verschuldigd.

 

Geldmiddelen en contributie

Artikel 7

  1. De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:
  2. de contributies van de leden;
  3. entreegelden van nieuwe leden;
  4. subsidies;
  5. donaties, erfstellingen en legaten;
  6. e. andere inkomsten.
  7. Erfstellingen kunnen alleen worden aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving.
  8. De seniorleden en de juniorleden zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse contributie, waarvan de hoogte zal worden vastgesteld door de algemene vergadering. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende contributie betalen.
  9. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van contributie te verlenen.
  10. Nieuwe seniorleden en juniorleden kunnen gehouden zijn tot het betalen van een entreegeld, waarvan de hoogte zal worden vastgesteld door de algemene vergadering.
  11. Het huishoudelijk reglement kan bepalingen bevatten ter zake van door de leden in voorkomende gevallen aan de vereniging verschuldigde schadeloosstellingen en boeten.

 

Donateurs

Artikel 8

  1. De vereniging kent naast leden ook donateurs.
  2. Donateurs zijn natuurlijke personen of rechtspersonen, die door het bestuur als donateur zijn toegelaten en die zich jegens de vereniging verplichten om jaarlijks of eenmalig een door de algemene vergadering vastgestelde bijdrage te storten.
  3. Opzegging van het donateurschap door de donateur of door de vereniging kan slechts schriftelijk of langs elektronische weg geschieden en tegen het einde van een boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste vier weken. Het lidmaatschap kan echter onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van de donateur redelijkerwijs niet gevergd kan worden het donateurschap te laten voortduren.
  4. Donateurs hebben geen andere rechten of verplichtingen dan die welke hun bij of krachtens de statuten of regle­menten van de vereniging zijn toegekend of opgelegd.
  5. De rechten en verplichtingen van donateurs kunnen te allen tijde door de vereniging door opzegging worden beëindigd, met dien verstande dat de jaarlijkse bijdrage voor het lopende verenigingsjaar voor het geheel verschuldigd blijft.
  6. Opzegging namens de vereniging geschiedt schriftelijk of langs elektronische weg door het be­stuur.
  7. Voorts eindigt het donateurschap ten gevolge van overlij­den en door schriftelijke of langs elektronische weg gedane opzegging van de donateur.

 

Bestuurssamenstelling en benoeming

Artikel 9

  1. Het bestuur bestaat uit een door de algemene vergadering vast te stellen aantal van ten minste drie meerderjarige natuurlijke personen.
  2. Bestuursleden worden door de algemene vergadering benoemd uit de leden.
  3. De voorzitter van het bestuur wordt als zodanig in functie benoemd. Het bestuur benoemt uit zijn midden een secretaris en een penningmeester. De functies van secretaris en penningmeester kunnen in één persoon verenigd worden.
  4. De benoeming van bestuursleden geschiedt uit een of meer bindende voordrachten, onverminderd het bepaalde in het volgende lid. Tot het opmaken van zulk een voordracht zijn bevoegd zowel het bestuur als tien of meer leden. De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de vergadering meegedeeld. Een voordracht door tien of meer leden moet vóór de aanvang van de vergadering schriftelijk of langs elektronische weg bij het bestuur worden ingediend, tezamen met een schriftelijke of elektronische verklaring van de kandidaat dat hij een benoeming zal aanvaarden. Een dergelijke bindende voordracht wordt op de algemene vergadering meegedeeld.
  5. Aan elke voordracht kan het bindend karakter worden ontnomen door een met een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen genomen besluit van de algemene vergadering.
  6. Is geen voordracht opgemaakt, of besluit de algemene vergadering overeenkomstig het bepaalde in het vorige lid aan de opgemaakte voordrachten het bindend karakter te ontnemen, dan is de algemene vergadering vrij in haar keuze.
  7. Indien er meer dan een bindende voordracht is, geschiedt de benoeming uit die voordrachten.

 

Einde bestuurslidmaatschap, periodiek aftreden, schorsing

Artikel 10

  1. Een bestuurslid kan te allen tijde door de algemene vergadering worden geschorst en ontslagen. Een besluit tot schorsing of ontslag van een bestuurslid kan door de algemene vergadering slechts worden genomen met een meerderheid van ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen en mits het desbetreffende bestuurslid in de gelegenheid is gesteld zich tegenover de algemene vergadering te verklaren.
  2. Een schorsing die niet binnen twee maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag eindigt door verloop van die termijn. Gedurende de periode waarin een bestuurslid is geschorst kan dit bestuurslid zijn functie niet uitoefenen.
  3. Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreden. De aftredende is terstond, al dan niet aansluitend, doch ten hoogste tweemaal herbenoembaar, telkens voor een periode van uiterlijk drie jaar.

Hetgeen in deze statuten over de benoeming van bestuursleden is bepaald, is van overeenkomstige toepassing op de herbenoeming van bestuursleden. Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster van aftreden in beginsel niet de plaats van zijn voorganger in.

  1. Het bestuurslidmaatschap eindigt voor een bestuurslid:
  2. door zijn overlijden;
  3. door het verstrijken van de periode waarvoor hij is benoemd of door zijn aftreden volgens het rooster van afreden als bedoeld in het vorige lid;
  4. door zijn vrijwillig aftreden;
  5. door zijn ondercuratelestelling of door een rechterlijke beslissing waarbij als gevolg van zijn lichamelijke of geestelijke toestand een bewind over een of meer van zijn goederen wordt ingesteld;
  6. doordat hij failliet wordt verklaard, surséance van betaling aanvraagt of verzoekt om toepassing van de schuldsaneringsregeling als bedoeld in de Faillissementswet;
  7. door het eindigen van zijn lidmaatschap van de vereniging; [*tenzij gebruik wordt gemaakt van de in artikel 9 lid 2 vermelde optie om ook bestuursleden buiten de leden te benoemen*]
  8. door zijn ontslag aan hem verleend door de algemene vergadering.

 

Bestuurstaak en vertegenwoordiging

Artikel 11

  1. Het bestuur is, behoudens beperkingen volgens de statuten, belast met het besturen van de vereniging.
  2. Het bestuur kan met behoud van zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taken door commissies of personen doen uitvoeren
  3. Indien het aantal bestuursleden beneden het statutaire minimum is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen, waarin de voorziening in de open plaats of open plaatsen aan de orde komt.
  4. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt en tot vertegenwoordiging van de vereniging ter zake van deze handelingen. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan tegen derden beroep worden gedaan.
  5. Onverminderd het in de laatste volzin van het vorige lid bepaalde, wordt de vereniging vertegenwoordigd door:
  6. hetzij het bestuur;
  7. hetzij twee gezamenlijk handelende bestuursleden.
  8. Het bestuur kan besluiten tot het verlenen van volmacht aan een of meer bestuursleden, alsook aan derden, om de vereniging binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.
  9. In alle gevallen waarin de vereniging een tegenstrijdig belang heeft met een of meer van haar bestuursleden kan de algemene vergadering een of meer personen aanwijzen om de vereniging te vertegenwoordigen.

 

Bestuursvergaderingen en besluitvorming

Artikel 12

  1. Het bestuur vergadert minstens twee keer per jaar en verder zo vaak, als de voorzitter, de secretaris of twee bestuursleden dit gewenst achten.
  2. Het bestuur kan slechts geldige besluiten nemen in een vergadering, waarin ten minste de helft van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is. Een bestuurslid kan zich door een ander bestuurslid bij schriftelijke volmacht ter vergadering doen vertegenwoordigen. Aan de eis van schriftelijkheid van de volmacht wordt voldaan indien de volmacht elektronisch is vastgelegd.

Een bestuurslid kan als gevolmachtigde slechts voor één ander bestuurslid ter vergadering zijn stem uitbrengen.

  1. Alle besluiten in bestuursvergaderingen worden genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Blanco stemmen worden geacht niet te zijn uitgebracht. Indien de stemmen staken, is het voorstel verworpen.
  2. Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen, indien geen bestuurslid zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet en alle bestuursleden in de gelegenheid worden gesteld aan deze besluitvorming deel te nemen.
  3. Het oordeel van de voorzitter omtrent de totstandkoming en de inhoud van een besluit van het bestuur is beslissend.
  4. Van het verhandelde in elke bestuursvergadering worden notulen opgemaakt. Deze notulen worden in de eerstvolgende vergadering door het bestuur vastgesteld.
  5. Toegang tot de bestuursvergaderingen hebben de bestuursleden, alsmede zij die door de voorzitter van het bestuur of de ter vergadering aanwezige bestuursleden worden toegelaten. Geschorste bestuursleden hebben geen toegang tot de bestuursvergaderingen.

 

Boekjaar, jaarverslag, rekening en verantwoording

Artikel 13

  1. Het boekjaar, tevens verenigingsjaar, loopt van 1 januari tot en met 31 december.
  2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
  3. Het bestuur brengt op de – behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering- binnen zes maanden na afloop van het boekjaar te houden algemene vergadering een jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de algemene vergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de bestuursleden. Heeft een bestuurslid de stukken niet ondertekend dan wordt hiervan onder opgave van redenen  ontbreekt de ondertekening van een of meer van hen, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt.
  4. De algemene vergadering kan de in lid 3 genoemde termijn verlengen met ten hoogste vijf maanden. Na verloop van de oorspronkelijke of de verlengde termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuursleden in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.
  5. Tenzij de algemene vergadering op een andere wijze in het toezicht op het bestuur heeft voorzien, benoemt de algemene vergadering een kascommissie, bestaande uit drie leden die geen deel mogen uitmaken van het bestuur. De leden van de kascommissie worden benoemd voor de periode van drie jaar en treden volgens een op te maken rooster af. Zij zijn aansluitend herbenoembaar. De kascommissie onderzoekt de in lid 3 genoemde stukken en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit.

Het bestuur is verplicht de kascommissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage in de boeken en de bescheiden van de vereniging te geven.

  1. Goedkeuring door de algemene vergadering van de balans en de staat van baten en lasten met toelichting gebeurt nadat is kennisgenomen van het verslag van de kascommissie. Deze goedkeuring strekt het bestuur tot decharge voor alle handelingen die uit die stukken blijken.
  2. Het bestuur is verplicht de in dit artikel bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.
  3. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde balans en staat van baten en lasten, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave van de gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt.

 

Algemene vergadering

Artikel 14

  1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen.
  2. Jaarlijks zal uiterlijk zes maanden na afloop van het boekjaar een algemene vergadering

jaarvergadering) worden gehouden.

  1. Buitengewone algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt.
  2. De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur, met inachtneming van een termijn van tenminste veertien dagen. Het bestuur kan in bijzondere gevallen die termijn bekorten. De bijeenroeping gebeurt door een mededeling in de officiële mededelingen of door een schriftelijke oproep aan de leden. In afwijking van de vorige zin, kan de oproep tot het bijwonen van de algemene vergadering eveneens geschieden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat het lid voor dit doel aan de vereniging bekend heeft gemaakt, mits het lid met deze wijze van oproeping heeft ingestemd.
  3. Voorts wordt een buitengewone algemene vergadering gehouden wanneer ten minste zoveel leden als bevoegd zijn tot het uitbrengen van een tiende gedeelte van de in de algemene vergadering uit te brengen stemmen het bestuur daarom verzoekt. Het verzoek bevat een opgave van het te behandelen onderwerp, voorzien van een toelichting. Indien het bestuur niet binnen veertien dagen aan het verzoek gevolg heeft gegeven door binnen vier weken een algemene vergadering te doen houden, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan op de wijze waarop het bestuur de algemene vergadering bijeenroept of door het plaatsen van een advertentie in ten minste één ter plaatse waar de vereniging is gevestigd, veel gelezen dagblad. De verzoekers kunnen alsdan anderen dan bestuursleden belasten met de leiding van de algemene vergadering en het opstellen van de notulen.
  4. Behalve in het in het vorige lid bedoelde geval, bepaalt het bestuur waar en wanneer een algemene vergadering wordt gehouden.

 

Agenda

Artikel 15

  1. Tegelijk met het bijeenroepen van de algemene vergadering wordt de agenda door publicatie in de rubriek ‘officiële mededelingen’ en door toezending ter kennis van de leden gebracht. De agenda wordt tevens bekendgemaakt op de website van de vereniging.
  2. De agenda van de jaarlijkse algemene vergadering bevat in ieder geval:
  3. het vaststellen van de notulen van de vorige algemene vergadering;
  4. het jaarverslag van het bestuur;
  5. het financieel verslag van het bestuur;
  6. het verslag van de kascommissie;
  7. het vaststellen van de balans en van de staat van baten en lasten over het afgelopen boekjaar;
  8. het verlenen van decharge aan de leden van het bestuur;
  9. het vaststellen van de contributie en van andere bijdragen;
  10. het vaststellen van de begroting voor het volgende boekjaar;
  11. het bestuursbeleid;
  12. de rondvraag.
  13. Uiterlijk tien dagen voor de dag van de algemene vergadering kunnen ten minste vijf (5) leden een voorstel schriftelijk bij het bestuur indienen, dat voorzien is van een toelichting. Het bestuur kan nog een later voorstel aan de agenda toevoegen.
  14. De algemene vergadering kan geen besluiten nemen over voorstellen die niet in de agenda zijn vermeld, tenzij de algemene vergadering bij gewone meerderheid anders beslist.

 

Toegang en stemrecht

Artikel 16

  1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden*. [*zie opmerking bij artikel 10 lid 2: en eventueel de bestuursleden die niet uit de leden zijn benoemd*] Geschorste leden hebben enkel toegang tot de vergadering waarin het besluit tot schorsing van het lid wordt behandeld, en zijn bevoegd daarover dan het woord te voeren.
  2. Over toelating van andere dan de in lid 1 bedoelde personen beslist het bestuur dan wel de voorzitter van de algemene vergadering.
  3. Ieder seniorlid, en juniorlid heeft één stem.
  4. Een stemgerechtigd lid kan door een ander daartoe schriftelijk gevolmachtigd stemgerechtigd lid ter vergadering zijn stem doen uitbrengen. Een stemgerechtigd lid kan als gevolmachtigde slechts voor één ander stemgerechtigd lid ter vergadering zijn stem uitbrengen. Aan de eis van schriftelijkheid van de volmacht wordt ook voldaan indien de volmacht elektronisch is vastgelegd.

 

Voorzitterschap en notulen van de algemene vergadering

Artikel 17

  1. De voorzitter van het bestuur heeft de leiding van de algemene vergaderingen. Bij afwezigheid van de voorzitter van het bestuur, treedt een ander door het bestuur aan te wijzen bestuurslid als voorzitter op.
  2. Van het verhandelde in elke algemene vergadering worden notulen opgemaakt. Deze notulen worden in de eerstvolgende algemene vergadering vastgesteld. Zij die de algemene vergadering bijeenroepen kunnen een notarieel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht.

 

Besluitvorming van de algemene vergadering

Artikel 18

  1. Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
  2. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van een in het vorige lid bedoeld oordeel de juistheid ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, indien de meerderheid van de algemene vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
  3. Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
  4. Ongeldige en blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.
  5. Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming, of in geval van een bindende voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten, plaats. Heeft alsdan weer niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats, totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft gekregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij deze herstemmingen, waaronder niet is begrepen de tweede stemming, wordt telkens gestemd tussen de personen, op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon, op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. In geval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen. Ingeval van loting bepaalt de voorzitter van de vergadering de wijze van loting.
  6. Indien de stemmen staken over een voorstel niet betreffende een verkiezing van personen, dan is het verworpen.
  7. Alle stemmingen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming wenselijk acht of een of meer van de stemgerechtigden zulks vóór de stemming verlangen. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.
  8. Een eenstemmig besluit van alle stemgerechtigde leden, ook al zijn deze niet in een algemene vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.
  9. Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen, dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding, ook al heeft geen oproeping plaatsgehad of is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van algemene vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.

 

Reglementen

Artikel 19

  1. De organisatie van de vereniging alsmede de taken en bevoegdheden van haar organen en commissies kunnen nader worden uitgewerkt in reglementen.
  2. Een reglement mag niet in strijd zijn met de wet, noch met de statuten van de vereniging.
  3. Reglementen worden met een gewone meerderheid door de algemene vergadering vastgesteld en gewijzigd.
  4. Nieuwe reglementen en wijzigingen in reglementen treden in werking op de veertiende dag na de dag waarop de algemene vergadering tot vaststelling of wijziging van het reglement heeft besloten. In de statuten, in een reglement of bij besluit van de algemene vergadering kan een andere datum van inwerkingtreden worden bepaald. Van een nieuw reglement en van een wijziging van een reglement wordt in de officiële mededelingen of op andere wijze mededeling aan de leden gedaan met vermelding van de datum van inwerkingtreding.

 

Statutenwijziging

Artikel 20

  1. In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van een algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.

De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering bedraagt ten minste veertien dagen.

  1. Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzake leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.
  2. Een besluit tot statutenwijziging behoeft een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen.
  3. Een statutenwijziging treedt niet in werking, dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid zelfstandig bevoegd.

 

Ontbinding en vereffening

Artikel 21

  1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot ontbinding.
  2. Bij ontbinding van de vereniging wordt haar vermogen vereffend door de bestuursleden, indien en voor zover de algemene vergadering niet anders bepaalt.
  3. Bij het besluit tot ontbinding stelt de algemene vergadering, zoveel mogelijk in overeenstemming met de doelstelling van de vereniging, de bestemming vast van hetgeen na voldoening van de schuldeisers van het vermogen van de ontbonden vereniging is overgebleven.
  4. Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voor zover dit tot vereffening van het vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten en reglementen van de vereniging voor zover mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van de vereniging uitgaan, moet aan haar naam worden toegevoegd ‘in liquidatie’.
  5. De boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de ontbonden vereniging worden, nadat de vereniging heeft opgehouden te bestaan, bewaard gedurende de door de wet daarvoor bepaalde termijn, door de door de vereffenaars daartoe aangewezen persoon.

 

Slotbepaling

Artikel 22

Het bestuur beslist in alle gevallen, waarin noch de wet, noch deze statuten, noch de reglementen van de vereniging voorzien.

Winkelwagen
Scroll naar boven